Warmte anders dan elektriciteit en gas (archief)
Laatst geactualiseerd in 2007
Voor gas en elektriciteit zijn aparte wetten van kracht: de Gaswet en de Elektriciteitswet. Beide hanteren een systeem waarbij de functies van producent, leverancier en netbeheerder gescheiden zijn. Sinds 2003 is er ook een Warmtewet in voorbereiding). (i) Dit wetsontwerp kent niet de scheiding tussen distributeur (netbeheerder) en leverancier.
Elektriciteit heeft het meest uitgebreide en stringente regime. De aanleg van elektriciteitsdistributienetten is in principe voorbehouden aan de regionale netbeheerder. Dit monopolie is bij wet toegekend (art. 16 Ew). Een grondeigenaar kan theoretisch wel een eigen elektriciteits- of gasnet aanleggen. Voor dit net moet hij vervolgens echter een beheerder aanwijzen (art. 10 Ew en art. 2 lid 1 Gw) (ii) Vanaf 1 januari 2008 geldt bovendien dat de netbeheerder de economische eigendom krijgt van dit net. Daarvoor mogen geen commerciële vergoedingen in rekening worden gebracht. In het normale geval is het bij gas en elektriciteit dus niet interessant voor een grondeigenaar om het monopolie van de regionale netbeheerder uit te dagen. Bij warmtenetten ligt dat anders; hier liggen wel concurrentiele mogelijkheden. En de ontwerp Warmtewet lijkt dat ook te honoreren.
De huidige praktijk voor gas en elektriciteit kent een status quo van een beperkte groep netbeheerders. Dit loopt via instemming van de Minister van Economische Zaken en het gaat daarbij zonder uitzondering om overheidsbedrijven. Bedoeling van de Nederlandse wetgever is dat de zeggenschap over deze beheerders ook ‘binnen de kring van de overheid’ zal blijven. Dit systeem vestigt feitelijk een overheidsmonopolie op de gas- en elektriciteitsnetten.(iii) Binnen Europa wordt deze visie van overheidseigendom overigens niet algemeen gedeeld, wat de Nederlandse positie hierin vrij zwak maakt en vatbaar voor onverwachte veranderingen.
Productie en levering van gas en elektriciteit zijn ‘geliberaliseerd’ en worden na doorvoering van de Splitsingswet mogelijk ook volledig geprivatiseerd. Alleen voor het netbeheer wil Lidstaat Nederland graag de publieke status behouden. (iv)
Warmte kent geen aparte netbeheerder en aanwijzing van een aparte netbeheerder is bij warmte ook niet aan de orde. Er is dus ook geen voorgeschreven overheidseigendom van de netbeheerder, noch van het net (economisch eigendom). Het warmtenet, het netbeheer en de levering van warmte kunnen als één geheel in private handen worden gebracht. Warmte kan worden opgezet als private activiteit en ook de warmtenetten die nu in handen zijn van publieke partijen kunnen worden afgesplitst en integraal worden geprivatiseerd.
|