Gecombineerde aanleg elektriciteit en warmte (archief)
Laatst geactualiseerd in 2007
Het Besluit aanleg energie-infrastructuur (BAEI) is toepasselijk wanneer het gaat om gecombineerde aanleg van elektriciteit en gas of elektriciteit en warmte. Elektriciteit en warmte zullen slechts in uitzonderlijke gevallen een logisch geheel vormen, dat binnen één geïntegreerd aanbestedingstraject hoort. Bij de lopende kaswarmte projecten is dat in enkele gevallen denkbaar. Twee situaties worden hier belicht:
- De tuinder wekt zelf elektriciteit op. Met een eigen elektriciteitsnet kan de stroom veel goedkoper worden geleverd aan bewoners. Distributietarieven vallen weg. Voor een klein project (minder dan 500 woningen) kan de DTe hiervoor vergunning verlenen. Het brengt ook risico’s met zich mee. Bijvoorbeeld wanneer bij piekvraag de eigen elektriciteitsvoorziening wegvalt en op de spotmarkt elektriciteit moet worden ingekocht. Inkoopprijzen kunnen dan zeer hoog zijn. Dit vraagt grote bekwaamheid met zowel de installaties voor decentrale elektriciteitsproductie als bekwaamheid in de elektriciteitshandel.
- Het warmtebedrijf ontzorgt projectontwikkelaars en bewoners volledig. Hij zorgt voor de installaties in de woningen en een aparte elektriciteitsvoorziening om deze installaties aan te drijven. Met deze aanpak kunnen milieukundige en fiscale voordelen (i) worden geboekt. Mogelijk wordt er een apart elektriciteitsnet voor aangelegd.
Bij 1. ligt de nadruk op de competentie en slagkracht van de uitvoerende organisatie. De DTe zal hierover oordelen. Bij een positief oordeel van de DTE wordt het regionale energiebedrijf gepasseerd. Dit kan echter alleen bij kleine projecten (< 500 woning equivalenten), en bij dergelijke projecten is BAEI niet van toepassing.
Bij 2. ligt de nadruk op integratie van de warmteketen, waarbij transport, distributie en afgifte in één integrale keten worden betrokken. Dit biedt extra gemak voor kleinverbruikers en mogelijkheid om de kosten te minimaliseren. Technisch, organisatorisch en economisch zijn er goede redenen om deze kant op te denken. Wat het betekent voor de aanbesteding is afhankelijk van de manier waarop het wordt uitgevoerd. Wordt uitgevoerd met een dubbel elektriciteitsnet (één voor normale belevering van kleinverbruikers en één voor belevering van de warmte-installaties), dan hoeft BAEI overigens alsnog niet van toepassing te worden geacht. Het warmtebedrijf legt dan namelijk zijn eigen elektriciteitsnet naast het reguliere elektriciteitsnet van het regionale energiebedrijf.
Er kunnen redenen zijn om warmte en elektriciteit in bepaalde opzichten als een integraal geheel te beschouwen, waardoor gecombineerde aanleg aan de orde is. Maar dan nog is het de vraag of BAEI van toepassing moet worden geacht. In de geschetste voorbeelden kan het in ieder geval buiten toepassing blijven.
|