Duurzaam energiebedrijf voor de gemeente
Laatst geactualiseerd op 16 oktober 2009
De gemeente Apeldoorn wil een nieuw nutsbedrijf opzetten. Ze onderzoekt hoe dit het beste kan. In dit essay een analyse vanuit het Nieuwe Nutsperspectief. Tekst en plaatjes zijn quick & dirty opgesteld. Het gaat om het globale overzicht en het overbrengen van een idee.
deA
Op dit moment wordt aangeknoopt bij een centrale holding, waarin diverse partijen op de een of andere manier participeren. Deze holding moet projecten financieren. De gedachte is daarbij dat winst uit rendabele projecten gebruikt moet worden voor onrendabele projecten.
Markt en overheid
In de deA-constructie worden dingen onder één dak gebracht die je m.i. beter kunt scheiden. Ik zou in ieder geval kiezen tussen een heldere afbankening van markt en overheid. Bovendien lijkt mij in de meeste gevallen een hierarchische structuur ongewenst / onnodig. Mijn basisopzet zou er dan ook meer zo uitzien.
Duurzaam Apeldoorn NV (DANV)
De gemeente wil op korte termijn een start maken met het lokale energiebedrijf. En vraagt zich af of dat het beste kan als NV of coöperatie. Het nut van een coöperatie zie ik niet in dit verband. Ik ga dus uit van een NV. Deze komt volledig te liggen in de sfeer van de overheid. Een groot voordeel daarvan is dat aan DANV door de overheid uitsluitende rechten kunnen worden verleend, en fondsen beschikbaar kunnen worden gesteld. Hierdoor heeft DANV jegens de markt en de projecten posities. Privileges worden niet bij voorbaat verkwanseld, maar binnen de sfeer van de overheid gehouden om vervolgens strategisch te worden ingezet.
Schoenmaker blijf bij je leest
Merk op dat DANV nooit zelf direct evidente marktactiviteiten gaat ontplooien, zoals levering van elektriciteit en gas. Dat is vragen om problemen in het huidige tijdsgewricht. DANV heeft een katalyse- en regierol.
DANV bestaat vooral uit kennis. Een deel daarvan is reeds bij de gemeente aanwezige kennis. Deze wordt verzelfstandigd en versterkt. DANV gaat de koppeling leggen tussen gemeentelijke instrumenten, projecten en de markt.
Hoe dat gebeurt wordt van geval tot geval bepaald. De gemeente geeft de speelruimte en de doelstellingen aan. DANV voert uit.
Hele belangrijke instrumenten die de gemeente ter beschikking staan liggen in de sfeer van de ruimtelijke ordening. Structuurvisie, exploitatieverordening, bestemmingsplannen, exploitatieplannen, aanbestedingen, exploitatieovereenkomsten... Verder moet worden gedacht aan de bouwverordening en de -vergunningen. De eerste taak van DANV is om deze instrumenten te mobiliseren ten dienste van de duurzaamheidsagenda.
Fonds Ruimtelijke Ontwikkeling
Een hele fundamentele en aansprekende (doch niet de enige) route is om de duurzaamheidsagenda te implementeren in de gemeentelijke structuurvisie. Op deze basis wordt vervolgens een fonds gevormd als financieringsinstrument.
Deze route is nieuw en innovatief. De praktijk moet uitwijzen hoeveel speelruimte deze biedt. Maar daarvoor moet eerst een praktijk worden gecreëerd. Hoofdregels rond de energievoorziening zijn: energie moet zich in principe bedruipen vanuit de verbruikstarieven. Onrendabele toppen die aan de gemeente in rekening worden gebracht kunnen via overheidsfinanciering worden gedekt. (Zie ook de pagina structuurvisie en bijdrage ruimtelijke ontwikkeling)
Projecten
De projecten zijn het domein van de echte nutsvoorzieningen. De hardware. De productiemiddelen en de infrastructuur. Dit is het niveau waar de financiering wordt geregeld. Dit is ook het niveau waar de participatie van eindgebruikers behoort te liggen. Deze heeft geen speculatief karakter. Men is mede-eigenaar van zijn eigen nutsvoorziening. Heel concreet en aansprekend.
Bij de projecten komt de gemeente ook de woningbouwvereniging tegen. Tegen hen kun je zeggen: "ik wil meedoen in jullie WKO project want dan kunnen we wat winst afromen." Ze zien je aankomen! Maak je dienstbaar in plaats van hebzuchtig. En dat kan heel goed. Want nog niet alles is in kannen en kruiken met die WKO projecten. Denk aan de kennisontwikkeling, het beheer, pooling van projecten, de gevolgen van de Warmtewet ...)
Denk ook aan de positie van woningcorporaties en energie. Anticipeer op het niet ondenkbare moment dat Den Haag en/of Brussel gaat zeggen: dit hoort bij de markt. Niet bij de maatschappelijke corporatietaak. Een manier van verstandig anticiperen is te zorgen dat de nutsinfra en -productiemiddelen qua eigendom zijn gekoppeld aan het gebate vastgoed. Daar kan Brussel dan niet meer aan komen.
Faillissement
Een andere invalshoek zijn de zekerheidsrechten. Zorg dat nutsvoorziening bij faillissement niet aan de bank of het buitenland toevallen, maar bijvoorbeeld aan DANV. DANV geeft garanties. De bank kan risicovrij financieren. Bij eventueel faillissement van betreffend nutsbedrijfje blijven de harde assets in de gemeenschap en kan een doorstart worden gemaakt (zonder dat we eerst moeten onderhandelen met bijvoorbeeld een financiele partij in de VS of een anomieme aandeelhouder op de Bahamas). De uiteindelijke risico's rond nutsvoorziening liggen toch bij de overheid. Zorg dat je ook wat kunt doen indien de risico's zich openbaren!
Bijdrage aansluitkosten (BAK)
In veel gevallen wordt het risicodragende deel van de financiering van de nutsvoorziening al opgebracht door de eindgebruikers / kopers-eigenaren van het gebate vastgoed (of hun huurders). Dit gebeurt via de bijdrage aansluitkosten. Bij warmte kan die wel 6000 euro per woning bedragen.
De Warmtewet zet een cap op de BAK. Voor Nieuwe Nuts is dat alleen maar goed. Want dat geeft een incentive om de financiering transparanter te structureren. Nu weet de koper/eigenaar niet dat hij een BAK heeft betaald. En dat het energiebedrijf vervolgens eigenaar is geworden van het net. In de Nieuwe Nutssituatie weet de koper/eigenaar het wel. Hij is bovendien zelf mede-eigenaar geworden. Hij krijgt niet alleen een aansluiting en rekeningen voor zijn geld, maar ook eigendom.
Zon
Alle daken van de stad plotseling volleggen met pv-panelen lijkt leuk maar is niet goed voor de elektriciteitsvoorziening. De focus moet niet op die panelen maar op lokale balans. De sleutel voor het succes is:
- geen terugleververgoeding (zeg 7 ct kWh), maar uitgespaarde kosten aan het stopcontact (zeg 27 ct per kWh). Op deze manier begin je in de buurt te komen van rendabele pv-panelen.
- Lokale integratie van productie, netbeheer en levering. Meer daarover op de pagina de derde elektriciteitsrichtlijn. Ook interessant in dit verband is de opinie van Igor Kluin, directeur van Qurrent.
- Afbouw van de subsidies. De pv-markt wordt nu door subsidies gedomineerd. Dit houdt de prijzen kunstmatig hoog. De markt is volledig afhankelijk van overheidsbeleid. Dit beleid stimuleert goed bedoeld amateurisme en blokkeert een professionele aanpak. In Duitsland is het nog erger. Wie geld heeft kan dit risicoloos in zonpanelen investeren. De overheid draagt de risicos. De speculanten nemen de winst.
Wind
Wind op land rendeert. Toch zijn er bezwaren. Omwonenden willen niet aankijken tegen de commerciele molen van een ander. En de kosten van onbalans door het grillige e-aanbod zijn niet ingebed in het kostenplaatje van de molenaar. De oplossing is simpel. De molenaar moet zelf gaan zorgen voor balans (bijvoorbeeld door dit in te kopen of zelf op lokatie te realiseren). En de omwonenden krijgen niet alleen de overlast, maar ook het profijt. Geef ze bijvoorbeeld mede-eigendom van de molen en goedkope duurzame elektriciteit (let op: het mede-eigendom moet niet aan personen worden gehangen, want die kunnen vertrekken, maar aan het belaste én gebate vastgoed).
Levering van gas en elektriciteit
De levering van gas en elektriciteit zijn geliberaliseerd. Het ligt niet voor de hand dat overheden zich hier weer actief mee gaan bemoeien. Willen ze dat toch dan verwacht ik vooral teleurstelling en omzet voor advocaten.
Toch kan de overheid leuke dingen doen op dit gebied. Bijvoorbeeld door lokale initiatiefnemers op gang te helpen met Apeldoornse energiecoöperaties / leveringsbedrijven. De koninklijke weg is om iedereen daarbij gelijke kansen te bieden. Een beetje zaaigeld uitstrooien kan nuttig en geoorloofd zijn. Maar laat het bij kleine bedragen (< de minimis), en weet goed wat je ermee wilt en hoe je die doelstellingen in de voorwaarden gaat borgen. Alweer een leuke taak voor DANV!
De rollen omdraaien
Zie bovendien dat je andere dingen kunt aanbieden, zoals pr en gegevensbestanden. Je draait als gemeente de rollen om. In plaats van subsidie en uitbesteding biedt je zelf diensten te koop aan. Wederom een leuke activiteit voor DANV, die misschien wel kostendekkend of zelfs winstgevend te maken is.
Hierarchische structuur?
Anders dan het deA model kent de hier voorgestelde aanpak geen hierarchische structuur. (Afgezien natuurlijk van de verhouding tussen de gemeente en DANV, die wel weer losser is gemaakt, doordat DANV uit de lijnorganisatie is gehaald). De onderlinge verhouden worden per geval en project bepaald. Telkens wordt gekeken hoe de verhoudingen liggen gelet op maatschappelijke doelstellingen, sturingsinstrumenten en het mededingingsrecht. De ontwikkelingen gaan bottom-up, vanuit concrete rendabele projecten, zij het vanuit een maatschappelijke aansturing conform de gemeentedoelstellingen. Mocht het handig zijn om zaken later in een groter geheel te consolideren dan zien we dat dan wel weer. Consolidatie lijkt me voorlopig niet belangrijk. Eerst maar eens zorgen dat er iets valt te consolideren.
|